Hij erkent dit trouwens in één van zijn laatste tweets:
We are not in a trade war with China, that war was lost many years ago by the foolish, or incompetent, people who represented the US”.
In werkelijkheid is Donald Trump vooral bang voor de plundering van de Amerikaanse intellectuele eigendom door China. Een diefstal waarvan hij de waarde op meer dan 300 miljard dollar schat. Het bewijs? De taksen die de Amerikaanse administratie wil invoeren, beogen vooral producten uit sectoren die door Peking als prioritair geïdentificeerd zijn in het plan « Made in China 2025 ». Kortom, deze taksen zijn gericht op wat de echte economische macht van een natie vormt (robotica, lucht- en ruimtevaart, biofarmacie, enz.). De Europeanen delen dezelfde vrees ten aanzien van China en zijn systematische plundering van de westerse knowhow. Vandaag is het voor een multinational of zelfs voor een start-up onmogelijk om de Chinese markt aan te boren zonder vooraf handelsgeheimen prijs te geven of technologieoverdrachten uit te voeren. Het enige verschil zit in de houding van de twee westerse economische reuzen. De Amerikanen zetten een revolver tegen het hoofd van China en de Europeanen trekken de kaart van de onderhandeling via de internationale instellingen (Wereldhandelsorganisatie). Maar de wil aan beide zijden van de Atlantische Oceaan is dezelfde: de Chinese economische hegemonie in de kiem smoren.