De GVV’s tegenover de disruptieve ontwikkelingen

Opvallend is dat de demografische en technologische ontwikkelingen die de disruptie veroorzaken, leiden tot een uitbreiding van het dienstenaanbod in de verschillende vastgoedsegmenten.

 

Op de kantorenmarkt leidt de disruptieve innovatie tot de ontwikkeling van kantoorgebouwen met voortaan ook diensten zoals restaurants, crèches, sportzalen of afhaalpunten voor online bestellingen, … Op die manier kunnen de jonge generaties hun privé- en beroepsleven  flexibeler  indelen met aandacht voor hun specifieke behoeften. Beide levens lopen bij hen immers sneller door elkaar. Dit fenomeen van de vraag naar meer flexibiliteit is ook van  toepassing  op  de looptijd van de huurcontracten en op de omvang van de gehuurde ruimtes, waardoor meer voorzieningen voor coworking worden gelanceerd. In een context waarin de technologische ontwikkelingen zich in een stroomversnelling bevinden, is het voor een onderneming namelijk niet altijd gemakkelijk om op middellange termijn te anticiperen op haar omvang en dus op haar behoefte aan kantoorruimte. Bovendien zijn werknemers veel mobieler, omdat ze dankzij IT-applicaties op elk moment verbinding kunnen maken op verschillende locaties.

 

Deze evolutie treft ook het klassieke residentiële vastgoed. Huurders willen graag een functioneel appartement huren en zijn dan ook blij met een uitgebreid dienstenaanbod waarvan  ze  kunnen  genieten  in  functie  van hun behoeften. Deze trend wordt nog versterkt door het feit dat onze samenleving met een focus op eigendom stilaan evolueert naar een “sharing community” als  gevolg  van mentaliteitsveranderingen bij de jongere generaties. Zo ontstaan nieuwe vastgoedconcepten waardoor huurders in functie van hun evoluerende behoeften kunnen profiteren van voorzieningen zoals een tuin, feestzaal of logeerkamer of van diensten zoals fietsverhuur, toegang tot een fitnesscentrum of zelfs schoonheidsbehandelingen. Vervolgens betalen ze op basis van hun werkelijke verbruik.

 

Deze trend komt ook tot uiting in de ouderenzorg. Dergelijk residentieel vastgoed, dat aanvankelijk focuste op een bepaald  type dienstverlening, omvat geleidelijk ook een volledig dienstenaanbod voor ouderen, gaande van gewone begeleiding tot de meest uitgebreide zorg. Elke bewoner profiteert zo van een unieke infrastructuur die in al zijn behoeften tegelijk voorziet en waarvan het gebruik dus geoptimaliseerd wordt.

 

In de commerciële sector heeft de nood aan een sterker dienstenaanbod in een context van demografische en technologische veranderingen dan weer geleid tot het ontstaan van de e-commerce. Consumenten kunnen hun aankopen voortaan online of in de winkel doen, afhankelijk van hun behoeften en wensen op een bepaald moment. Het is voortaan duidelijk dat beide retailconcepten naast elkaar zullen blijven bestaan. De eigenaars van commercieel vastgoed staan dus voor de uitdaging om, enerzijds, de huurders te identificeren die het meest van deze evolutie kunnen profiteren en, anderzijds, ervoor te zorgen dat het vastgoedconcept aangepast is aan het businessmodel van elke huurder. Men vindt immers nooit eenzelfde type merk in hetzelfde stadscentrum, winkelcentrum of retailpark.

 

Op een ander niveau heeft de e-commerce een directe impact op de organisatie van de logistieke sector, waardoor die het profiel krijgt van een sector in volle bloei. Oorspronkelijk bestond dit segment voornamelijk uit middelgrote magazijnen, maar de structuur is volledig aan het veranderen. Inmiddels omvat het grote distributiecentra aan de toegangspoorten  van Europa, voornamelijk tussen Amsterdam, Rotterdam en Antwerpen. Die centra worden aangevuld met kleinere opslagplaatsen rond de steden om de bevoorrading van de eindgebruikers te verzekeren. Aangezien het concept van de e-commerce nog niet matuur is, is het voortbestaan op lange termijn van dit soort vastgoed nog onzeker. Verplichtingen op het gebied van milieu en rentabiliteit zullen er immers toe leiden dat het huidige concept van de e-commerce op middellange termijn nog verder zal evolueren.

 

Zo zijn de eigenaars niet meer gewoon vastgoedbezitters, maar echte projectmanagers. De GVV’s zijn steeds vroeger in de verschillende fases van de projectontwikkeling actief om ervoor te zorgen dat de activa zo goed mogelijk voldoen aan de wensen en behoeften van de toekomstige huurders. In alle sectoren van deze specifieke markt is er dan ook sprake van een versterking van de relaties tussen klanten en huurders  en deze laatstgenoemden zijn ook trouwer. Enerzijds heeft dat een positief effect op de gemiddelde looptijd van de huurcontracten en op de rentabiliteit van de projecten. Anderzijds geeft het een beter zicht op de toekomstige inkomsten van de vennootschap. Daar halen vooral de investeerders in deze GVV’s voordeel uit.

 

Kortom, de disruptieve ontwikkelingen onderstrepen het belang van een actief beheer van een vastgoedportefeuille teneinde deze potentiële bedreigingen te  benutten  om waarde te creëren. In deze context zijn  wij ervan overtuigd dat de GVV’s uitstekende beleggingsinstrumenten zijn.

Onder impuls van Frank Vranken, onze Chief Strategist, beheren onze specialisten actief een vastgoedmandaat dat uitsluitend belegt in Belgisch beursgenoteerd vastgoed. Dat wil zeggen: in aandelen van Gereglementeerde Vastgoedvennootschappen (of GVV’s, voorheen vastgoedbevaks). Hiervoor selecteren onze specialisten de beste GVV’s, op het beste moment, op basis van objectieve criteria en van onze kennis van de markt.

 

 

Wenst u meer info hebben over deze interessante oplossing die stabiele dividenden, een aantrekkelijke rendement-risicoverhouding op lange termijn en een optimale diversificatie combineert? Aarzel niet om ons te contacteren. Onze experts maken graag een afspraak met u.