Aandeleninkopen: gevaarlijk voor de beurs?

De aandeleninkopen stimuleren dus de beurskoers van de resterende aandelen. Wall Street maakt graag gebruik en misbruik van deze aandeleninkopen: in 2018 waren de 500 grootste bedrijven die de S&P 500 index vormen, goed voor aandeleninkopen ter waarde van meer dan 1000 miljard dollar. Vandaag zijn de aandeleninkopen in de Verenigde Staten drie keer zo groot als het bedrag van de uitgekeerde dividenden.

In Europa zien we veeleer het omgekeerde verschijnsel. Normaliter hebben de CEO’s van de beursgenoteerde bedrijven meer complexe salarispakketten die in mindere mate rechtstreeks gekoppeld zijn aan de evolutie van de beurskoers dan die van hun Amerikaanse tegenhangers. Maar zelfs in de Verenigde Staten beginnen deze operaties de analisten te verontrusten, want volgens Citi Bank overtreffen de aandeleninkopen vandaag het bedrag van de gedane investeringen door de bedrijven van de S&P 500.

De Franse econoom Patrick Artus gaat nog een stap verder. Hij meent dat de aandeleninkopen de beurs langzaam maar zeker vernietigen. Het bewijs? De voorbije 10 jaar hebben de Amerikaanse bedrijven elk jaar het equivalent van 3,3% van hun kapitaal opgekocht. Resultaat? Vandaag noteren er nog slechts 3.800 bedrijven op Wall Street, ten opzichte van 8000 in 1996. Daarenboven is de daling van het aantal aandelen in omloop volgens hem synoniem met een grotere volatiliteit. Kortom, het debat over de aandeleninkopen is nog maar net begonnen.