Erfovereenkomsten:

Erfovereenkomsten:

voor een serene nalatenschap zonder conflicten
Door middel van een erfovereenkomst (vóór de hervorming van het Burgerlijk Wetboek in 2017 bekend als een "overeenkomst over toekomstige nalatenschap") is het mogelijk om met zijn erfgenamen regelingen te treffen over zijn eigen nalatenschap. Zo'n overeenkomst kan conflicten helpen voorkomen of oplossingen bieden voor specifieke situaties.
Door Martin Desimpel, Senior Wealth Planner
Martin Desimpel

Een beetje geschiedenis voor een beter begrip
Een erfovereenkomst is een overeenkomst met betrekking tot de nalatenschap van een persoon die nog in leven is. Hoewel het concept al heel lang bestaat, wekte het al snel argwaan. Vanaf de tweede eeuw verbood het Romeinse recht dit soort overeenkomsten, onder andere omdat ze immoreel of zelfs gevaarlijk waren: zou één van de partijen niet in de verleiding kunnen komen om misbruik te maken van de zwakte van de andere of, erger nog, om zijn dood te bespoedigen? 

In de loop der tijd zijn er uitzonderingen op dit verbod ontstaan. In de Middeleeuwen was de toekomstige echtgenote verplicht om in het huwelijkscontract afstand te doen van haar rechten in de nalatenschap van haar ouders in ruil voor haar bruidsschat en was de jongste zoon verplicht om, bij leven van zijn ouders, afstand te doen van zijn erfrechten ten gunste van de oudste zoon. Dit kon voor de Franse revolutionaire wetgever, geïnspireerd door de geest van de Verlichting, alleen maar aanleiding zijn om de onwettigheid van de overeenkomst over toekomstige nalatenschap vast te leggen in het Burgerlijk Wetboek van 1804. 

Reageren op veranderingen in onze samenleving
Sinds enkele jaren vragen juristen zich af of overeenkomsten over toekomstige nalatenschap nog wel zo strijdig zijn met de openbare orde en de goede zeden als van oudsher wordt aangenomen. Bovendien hebben beoefenaars van juridische beroepen opgemerkt dat burgers zelf vragen om hun nalatenschap tijdens hun leven te kunnen regelen door middel van overeenkomsten die voorspelbaarheid en rechtszekerheid bieden, om mogelijke conflicten tussen hun erfgenamen te voorkomen of oplossingen te vinden voor bijzondere gezinssituaties. 

De hervorming van het Burgerlijk Wetboek van 2017 (van kracht geworden in september 2018) kon dus niet voorbijgaan aan de kwestie van de erfovereenkomsten. Als waardige erfgenaam van het Wetboek van 1804 handhaaft het nieuwe Belgische Burgerlijk Wetboek het princiepsverbod op erfovereenkomsten, maar staat het er een aantal toe. Deze toegestane erfovereenkomsten zijn echter aan beperkingen onderworpen. Bovendien voorziet de wet in een speciale ondertekeningsprocedure waarbij de tussenkomst van een notaris vereist is, een vergadering die moet worden gehouden vóór het verlijden van de akte en een totale termijn die niet minder dan zes weken mag bedragen. Het doel van deze formaliteiten is om ervoor te zorgen dat de partijen alle gevolgen van de erfovereenkomst hebben afgewogen. 

Het nieuwe Burgerlijk Wetboek kent twee soorten toegestane erfovereenkomsten: punctuele erfovereenkomsten en de globale erfovereenkomst.

Punctuele erfovereenkomsten
Het doel van punctuele erfovereenkomsten is om een specifiek punt van een schenking of nalatenschap aan te pakken. Een punctuele erfovereenkomst kan bijvoorbeeld worden gebruikt om de waarde van het geschonken goed onbetwistbaar te maken of om de reservataire erfgenamen te verplichten om te aanvaarden dat het deel van de nalatenschap dat hen niet kan worden ontnomen - de "reserve" - wordt verminderd door een schenking. 

Een ander voorbeeld is de "inbreng ten behoeve van een derde". Stel dat Paulien 50.000 euro wil schenken aan elk van haar vijf kleinkinderen. Paulien vreest dat ze met deze schenking het gezin van haar dochter Sofie, die drie kinderen heeft, bevoordeelt ten nadele van dat van haar zoon Arno, die twee kinderen heeft. Door middel van een erfovereenkomst die voorziet in de "inbreng ten behoeve van een derde" kunnen Sofie en Arno zich ertoe verbinden om de schenkingen aan hun kinderen te beschouwen alsof ze deze zouden hebben ontvangen van hun moeder Paulien, als voorschot op hun erfdeel. Bij het overlijden van Paulien zal Arno virtueel slechts 100.000 euro ontvangen hebben, terwijl Sofie virtueel 150.000 euro zal hebben ontvangen. Sofie zal bij de verdeling van de nalatenschap dus 50.000 euro minder moeten krijgen om de gelijkheid tussen hen te herstellen [1]. Zonder de overeenkomst zou deze compensatie niet hebben plaatsgevonden, omdat de kleinkinderen geen erfgenamen van Paulien zijn en de aan hen gedane schenkingen dus geen voorschot op een erfdeel kunnen zijn. 

Een andere punctuele erfovereenkomst is de "Valkeniers”-overeenkomst die waarschijnlijk bekender is, omdat ze dit jaar haar 20ste verjaardag vierde. Deze overeenkomst laat (al dan niet toekomstige) echtgenoten van wie minstens één kinderen uit een vorige relatie heeft, toe om gedeeltelijk of volledig afstand te doen van hun rechten in de nalatenschap van de andere door middel van een beding in het huwelijkscontract of een akte tot wijziging van het huwelijksstelsel.

De globale erfovereenkomst
Naast punctuele overeenkomsten heeft de Belgische wetgever geïnnoveerd door de creatie van de globale erfovereenkomst: een ouder kan met al zijn vermoedelijke erfgenamen in rechte neerdalende lijn (zijn kinderen en, in geval van vooroverlijden van één van hen, de mogelijke kleinkinderen) een overeenkomst opstellen die als doel heeft om het bestaan van een evenwicht tussen deze vermoedelijke erfgenamen vast te stellen, rekening houdend met de schenkingen en voordelen die de ouder hen heeft toegekend. De echtgenoot kan tussenkomen in de overeenkomst om ermee in te stemmen, wat, behoudens andersluidend beding, met zich meebrengt dat hij afstand doet van het recht om de inkorting te eisen van de schenkingen die zijn reserve aantasten.

De globale erfovereenkomst kan ook gezamenlijk door de ouders worden opgesteld met betrekking tot hun nalatenschap. In dat geval kan het evenwicht tussen de vermoedelijke erfgenamen worden bereikt door globaal rekening te houden met de schenkingen en voordelen die elk van de ouders respectievelijk heeft toegekend [2] .

Het doel van de globale erfovereenkomst is om het bestaan van een subjectief evenwicht tussen de kinderen (en in sommige gevallen de kleinkinderen) vast te stellen en geen gelijkheid. Het is dus niet noodzakelijk dat elk van hen dezelfde waarde heeft gekregen.

Dit evenwicht kan worden bereikt door rekening te houden met:

Schenkingen en voordelen moeten worden gewaardeerd in de erfovereenkomst en deze waardering is definitief. Ze kan niet meer worden betwist door de partijen. 

Door de ondertekening van de globale erfovereenkomst zien de partijen af van elke actie tot inkorting of verzoek tot inbreng van de in de overeenkomst vermelde schenkingen. Met andere woorden, ze komen overeen om de schenkingen die in de overeenkomst opgenomen zijn, nooit meer ter discussie te stellen, zelfs niet als ze hun reserve zouden aantasten, en om er geen rekening mee te houden bij de verdeling van de nalatenschap.

In de globale erfovereenkomst kan een vermoedelijke erfgenaam beslissen dat zijn eigen kinderen in zijn plaats begiftigd worden en op die manier een generatiesprong realiseren. Een ouder kan ook een schenking doen aan één of meer kinderen van zijn/haar echtgenoot of wettelijk samenwonende door middel van een globale erfovereenkomst, waardoor deze schenking gevrijwaard blijft van een mogelijke inkorting.

Zoals we kunnen zien, laat de globale erfovereenkomst toe om familieregelingen veilig te stellen.

Vanuit fiscaal oogpunt zijn niet-geregistreerde schenkingen van roerende goederen die worden vermeld in een globale erfovereenkomst, vrijgesteld van schenkingsrechten op voorwaarde dat de partijen verklaren dat deze schenkingen werden gedaan vóór de overeenkomst (en, in Wallonië, uitdrukkelijk om deze vrijstelling verzoeken). Het is echter mogelijk om in de overeenkomst te eisen dat deze schenkingen worden geregistreerd om mogelijke successierechten te vermijden in geval van overlijden van de schenker binnen de 3, 5 of 7 jaar (afhankelijk van het gewest en, in Vlaanderen, het voorwerp van de schenking) na de schenking. 

Anderzijds zijn schenkingen die bij het sluiten van een globale erfovereenkomst worden gedaan, onderworpen aan de registratierechten. 

Tot slot zal de som die, volgens de bepalingen van de overeenkomst, verschuldigd zou zijn aan een vermoedelijke erfgenaam, in Vlaanderen belastingneutraal zijn (tenzij ze bedoeld is als compensatie voor een nieuwe schenking die in de erfovereenkomst wordt toegekend), terwijl ze in de twee andere gewesten zal worden belast als een schenking.

[1] De indexering waarin de wet voorziet, wordt hier buiten beschouwing gelaten.

[2] We herinneren eraan dat de globale erfovereenkomst alle vermoedelijke erfgenamen van de ouder moet omvatten. Als ouders niet-gemeenschappelijke kinderen hebben, moeten deze laatstgenoemden, in het kader van een gezamenlijk opgestelde globale erfovereenkomst, ook partij zijn bij de overeenkomst. 

Conclusie
Het verbod op erfovereenkomsten werd gedeeltelijk opgeheven om tegemoet te komen aan de behoefte aan voorspelbaarheid en rechtszekerheid in het kader van nalatenschappen en om oplossingen te bieden voor min of meer complexe gezinssituaties. De erfovereenkomst is een krachtig instrument dat ter beschikking staat van de burgers. Er is zeker geen gebrek aan gevallen waarin ze nuttig zou kunnen zijn.

Aarzel niet om contact met ons op te nemen voor meer informatie over onze diensten

De fiscale wetgeving verandert voortdurend, soms met terugwerkende kracht, en kan bijkomende belastingen, intresten of boetes met zich meebrengen. Dit artikel vormt geen fiscaal advies. De fiscale behandeling van elke verrichting is specifiek aan de persoonlijke situatie van elk individu. De informatie die in dit artikel verstrekt wordt, is van algemene aard. Ze vervangt geen specifiek advies voor uw eigen situatie. Het is aangewezen om specifiek advies bij erkende professionals in te winnen alvorens om het even welke actie te ondernemen of ervan af te zien om te handelen.