Italië heeft een onbekende aan het hoofd van zijn regering gezet. Giuseppe Conte is een topjurist, maar hij heeft geen ervaring in de politiek. Welnu, er zal heel wat ervaring nodig zijn om een samenwerking te bewerkstelligen tussen twee partijen die als enige gemeenschappelijke punt hun haat tegenover het systeem hebben. Bovendien schrikt het « contract voor een regering van verandering » dat de twee antisysteempartijen ondertekend hebben, de financiële markten af.
Ter samenvatting, de kostprijs van dit programma wordt geraamd op 150 miljard euro en is niet gefinancierd. Dit programma vloeit voort uit de waanzinnige verkiezingsbeloften van deze twee volkspartijen. Resultaat: de Italiaanse rente registreerde een stijging tot boven 2,4%. Dat blijft op zich nog houdbaar voor Italië, dat erger gekend heeft. Maar de stijgende rentebeweging is ingezet en niemand weet of ze zal versnellen wanneer deze regering haar economische programma zal doorvoeren.
De beleggers blijven ongerust, want ze weten dat Italië Griekenland niet is. Italië is de 4de grootste economie van de Europese Unie. Hoewel zijn schuldenlast lager is dan die van Griekenland in percentage van het bbp, is dit een ander verhaal als we naar het bedrag ervan kijken. De Italiaanse overheidsschuld bedraagt 2.300 miljard euro, i.e. een niveau waarop elke duurzame rentestijging dodelijk is.