De beurzen en de angst voor een muntoorlog

Het gebruik van het monetaire wapen was nochtans voorspelbaar. De meeste economen menen dat de meest intelligente reactie van Peking op de door Donald Trump ingevoerde douanerechten erin zou bestaan om de yuan te laten dalen ten opzichte van de dollar. Toeval of niet, de yuan heeft sinds april al bijna 10% van zijn waarde verloren. Tegelijkertijd blijft de dollar sterker worden ten opzichte van de yuan, maar ook tegenover de belangrijkste internationale deviezen. Resultaat: deze stijging van het groene biljet straft de Amerikaanse exportbedrijven en weegt op de evolutie van de winsten van de bedrijven die op Wall Street noteren. Dit geldt voor de bedrijven die uitrustingsgoederen en technologische producten exporteren. Als de spanning tussen Peking en Washington niet afneemt, bestaat de vrees dat China zijn munt nog meer laat afglijden om het concurrentieverlies van zijn exportbedrijven te compenseren. Op korte termijn bestaat het belangrijkste risico erin dat Donald Trump koppig vasthoudt aan zijn gespierde beleid. Na de invoering van douanerechten van 25% op Chinese producten voor een bedrag van 34 miljard dollar, heeft hij verklaard dat hij niet bang is om deze douanerechten in te voeren op producten « Made in China » voor een bedrag van 500 miljard dollar. De beleggers moeten leren omgaan met deze grootspraakpolitiek. Niet eenvoudig.