De Italiaanse crisis van 2018 heeft niets te maken met 2011-2012

In eerste instantie, omdat de Italiaanse politieke crisis van de voorbije dagen plaatsvindt op een moment dat de wereldeconomie het beter doet dan tijdens die turbulente periode. Destijds hadden de meeste westerse economieën nog te lijden onder de naweeën van de schok van de financiële crisis van 2008.

Vandaag is de macro-economische situatie niet dezelfde: de groei is terug op het appel, Spanje en Portugal hebben hun begrotingstekort gevoelig verminderd en hun overheidsschuld kent eveneens een daling. De markten zijn vandaag vooral zenuwachtig, omdat de twee volkspartijen die als overwinnaars uit de Italiaanse verkiezingen gekomen zijn, uit de euro willen stappen.

De vraag die de beleggers bezighoudt, is of deze anti-Europese strekking andere landen van Zuid-Europa zou kunnen inspireren. De economen blijven vol vertrouwen wat de stevige economische fundamenten van Spanje en Portugal betreft. Men moet enkel wachten tot de financiële markten er eveneens van overtuigd zijn.

Bovendien zou de onverwachte vorming van een nieuwe Italiaanse regering op 31 mei, met de benoeming van een pro-Europese Minister van Financiën, een element kunnen zijn dat de financiële markten geruststelt. Wordt vervolgd.