China heeft in zijn lange geschiedenis al heel wat revoluties meegemaakt. Toch heeft de centrale regering in Beijing altijd de voorkeur gegeven aan evolutie boven revolutie – ook al ging die evolutie soms, net als nu, gepaard met snelle en ingrijpende veranderingen. Continue veranderingen en diepgaande hervormingen hebben een nieuwe grootmacht in het Verre Oosten voortgebracht die de suprematie van de VS en Europa inmiddels betwist.
In relatief weinig tijd heeft de economie zich onder de leiding van de Communistische Partij ontwikkeld van een exportgeleide tot een meer op de binnenlandse consumptie gerichte economie waarin de dienstensector nu een grotere bijdrage aan het bbp levert dan de industrie.
China – het land met de meeste inwoners ter wereld – laat vandaag steeds meer van zich horen. Via een enorm investeringsinitiatief in infrastructuur (One Belt, One Road) en via bilaterale handelsakkoorden stelt China zijn grenzen open, zodat het land niet alleen van een krachtig extern groeipotentieel kan profiteren, maar ook een afzetmarkt vindt voor zijn overcapaciteit aan ijzererts, steenkool en staal. Langs deze weg kan China in contact komen met markten die voor de hoognodige basisgoederen kunnen zorgen, vooral voedingsmiddelen voor de bevolking. Op deze wijze kan het land, conform de strategische focus, goederen met een hogere toegevoegde waarde exporteren en goederen met een lage toegevoegde waarde importeren.
Ondertussen accepteren steeds meer landen betalingen in de Chinese renminbi in plaats van in de Amerikaanse dollar. Hierdoor is de renminbi inmiddels de op drie na meest gebruikte munt ter wereld geworden. En nu het Internationaal Monetair Fonds (IMF) de renminbi ook heeft opgenomen in het systeem van Speciale Trekkingsrechten (SDR) klimt de Chinese munt ook op de ladder van internationale reservevaluta’s.
In het licht van al deze ontwikkelingen is China ook bezig om zijn financiële markten open te stellen. China wil vooral meer beleggers op de binnenlandse obligatiemarkten toelaten. Op de langere termijn zal China daarnaast duidelijk zwaarder gaan wegen in belangrijke aandelenindexen voor de opkomende markten, met als gevolg dat buitenlandse beleggers die deze indexen volgen, ook meer in China gaan beleggen.
De grootste uitdaging voor het land is de verwezenlijking van alle plannen uit de “Made in China 2025”-blauwdruk. Beijing wil in 2025 over genoeg binnenlandse productiemogelijkheden beschikken voor minstens 40% van de halfgeleiders in Chinese mobiele telefoons, 70% van de industriële robots, 75% van alle eenvoudige kerncomponenten en 80% van alle apparatuur voor de opwekking van duurzame energie. Het is dan ook geen verrassing dat China enorm in onderzoek en ontwikkeling investeert.
Het aantal Chinese patentaanvragen ligt al twee keer zo hoog als het aantal Amerikaanse. De wedloop om het leiderschap in kunstmatige intelligentie en deep learning is in volle gang. Als we kijken naar de enorme hoeveelheid gegevens enerzijds, en het ontbreken van Chinese wetgeving op het gebied van privacybescherming anderzijds, zou dit land heel goed koploper kunnen worden.
Dit is de reden waarom China momenteel op ramkoers ligt met de “Make America Great Again”-filosofie van president Trump. Wat ook de uitkomst wordt van dit gevecht om de wereldwijde technologische dominantie, de Chinese economische regio (met andere woorden de regio Groot China) is snel in opmars. Het land blijft zich ontwikkelen – via snelle en ingrijpende veranderingen – en laat zich door niemand stoppen.