FISCALITEIT IN 2017: Nieuwigheden op federaal niveau

Roerende voorheffing van 27% naar 30%

Op 1 januari 2017 werd het basistarief van de roerende voorheffing opgetrokken van 27% tot 30%. We merken op dat het tarief op sommige financiële inkomsten de voorbije 5 jaar verdubbeld is. Er bestaan nog uitzonderingen: de roerende voorheffing op het niet-vrijgestelde deel van de interesten op spaarboekjes blijft 15% en de dividenden die worden gestort door Gereglementeerde Vastgoedvennootschappen (GVV’s) waarvan de activa voor minstens 60% uit zorgvastgoed bestaan, zijn eveneens onderworpen aan een roerende voorheffing van 15%.

Afschaffing van de speculatietaks

Deze taks van 33% was verschuldigd op de meerwaarden die u op uw beursgenoteerde aandelen realiseerde wanneer u ze binnen de 6 maanden na hun aankoop verkocht. De taks is voortaan afgeschaft voor alle meerwaarden gerealiseerd vanaf 1 januari 2017 (dus zelfs indien de aankoop minder dan 6 maanden vóór deze datum gebeurd is).

Verdubbeling van de plafonds van de taks op beursverrichtingen (TOB)

Om de afschaffing van de speculatietaks te compenseren, worden de TOB-plafonds verdubbeld en bedragen ze:

Voorheen was de TOB slechts toepasselijk op beursverrichtingen die in België werden gesloten of uitgevoerd. Voortaan is hij eveneens verschuldigd op verrichtingen waarvan het aan- of verkooporder rechtstreeks of onrechtstreeks gegeven wordt aan een in het buitenland gevestigde tussenpersoon.

Volgens de parlementaire werkzaamheden die voorafgaan aan de aanneming van de programmawet zou het woord “onrechtstreeks” het order beogen dat wordt gegeven door een juridische constructie waarvan de uiteindelijke begunstigde een Belgische ingezetene is. Als dit bevestigd wordt, zou het gaan om een nieuw geval van fiscale transparantie.

Indien een aan- of verkooporder aan een in het buitenland gevestigde tussenpersoon gegeven wordt, is de opdrachtgever de TOB verschuldigd; hij is dus verantwoordelijk voor de TOB-aangifte en de betaling van de TOB, behalve indien wordt aangetoond dat deze buitenlandse tussenpersoon de TOB betaald heeft. Hiervoor zal de opdrachtgever een attest moeten verstrekken dat de betaling van de taks of de persoonlijke tenlasteneming door de buitenlandse tussenpersoon bevestigt.

Deze nieuwe bepaling beoogt niet alleen de verrichtingen via bankinstellingen, maar ook de verrichtingen die via internet worden gerealiseerd door in het buitenland gevestigde entiteiten die een platform aan Belgische beleggers (natuurlijke of rechtspersonen) aanbieden.

De nieuwe verplichtingen inzake TOB vereisen de publicatie van koninklijke uitvoeringsbesluiten, die nog niet bestaan op het ogenblik van schrijven van dit artikel.

Een nieuw regime voor interne privémeerwaarden

De techniek van de interne privémeerwaarden werd/wordt vaak gebruikt om de reserves van een exploitatievennootschap over te dragen naar het privévermogen van de aandeelhouders van die vennootschap met bijna volledige belastingvrijstelling.

Deze techniek bestaat erin om een holding op te richten en de aandelen van de exploitatievennootschap erin in te brengen. Deze inbreng is vrijgesteld in de personenbelasting indien hij wordt gedaan in het kader van het normale beheer van een privévermogen.

De reserves van de exploitatievennootschap stromen vervolgens op naar de holding in de vorm van dividenden (vrijgesteld ten belope van 95% mits naleving van bepaalde voorwaarden).

Tot slot wordt er een kapitaalvermindering van de holding uitgevoerd, normaliter met belastingvrijstelling, aangezien dit statutaire kapitaal werkelijk gestort is (door de inbreng van de aandelen van de exploitatievennootschap).

Andere dan louter fiscale redenen moeten het gebruik van deze techniek echter rechtvaardigen om te vermijden dat ze beschouwd wordt als misbruik en dus als niet tegenstelbaar aan de belastingadministratie.

Ingevolge de aanneming van de programmawet zullen de in de holdingvennootschap ingebrachte aandelen nog slechts als werkelijk gestort kapitaal beschouwd worden ten belope van de aanschaffingswaarde van de ingebrachte aandelen in hoofde van de inbrenger. Het gedeelte hoger dan de aanschaffingsprijs zal worden beschouwd als een “belaste reserve” waarvan de latere uitkering (bij de kapitaalvermindering) onderworpen zal worden aan de roerende voorheffing van 30%.

Het verslag namens de Commissie voor de Financiën en de Begroting geeft aan dat deze nieuwe maatregel een meer correcte fiscaliteit beoogt, door te vermijden dat « via bepaalde structurering van verrichtingen, de normaal verschuldigde belasting kan worden ontweken ». Het is zeker dat deze nieuwe bepaling de interne privémeerwaarden een halt zou moeten toeroepen.

Conclusie

De afschaffing van de speculatietaks was reeds verschillende maanden aangekondigd, aangezien hij van bij zijn inwerkingtreding het voorwerp was van kritiek.

De uitbreiding van de TOB tot de in het buitenland gerealiseerde verrichtingen zal een zeer belangrijke impact hebben. Deze uitbreiding zou immers tot de massale repatriëring van kapitalen naar België moeten leiden.

Naast deze verhoging van de fiscale druk op het financieel kapitaal zullen we in 2017 misschien de aanneming van de hervorming van de vennootschapsbelasting en vooral van de hervorming van het fiscaal regime van de door particulieren gerealiseerde meerwaarden zien (het gerucht doet de ronde dat een politiek akkoord over de belasting van meerwaarden nakend zou zijn). De toekomst zal het uitwijzen...

Heeft u vragen over de nieuwe belangrijke wijzigingen inzake financiële fiscaliteit? Aarzel niet om één van onze specialisten te contacteren.